Mat 64 op pensioneringsrit door Nederland
Zondagochtend begon Mat ’64 aan z’n laatste kilometers over het Nederlandse spoor. De rit begon in Maastricht en leidde via ’s-Hertogenbosch, Arnhem en Zwolle naar het Spoorwegmuseum in Utrecht. Ruim 300 reizigers, die via de NS-blog en social media waren uitgekozen, beleefden deze bijzondere rit. Onder hen ook Treinreiziger.nl-redacteur Matthias Huijgen.
Mat ´64 449 op kop in Eindhoven.
De laatste rit van Mat ’64 met z’n kenmerkende bolle neus was een initiatief van machinisten Linda Kool en Frank Scharloo. Het begon met een spontane tweet in maart 2015 om een afscheidsrit te organiseren. En zondag was het eindelijk zo ver: om 9.37 uur vertrok de Mat ’64 uit Maastricht, de plek waar het onderhoud van de Mat ‘64’s gebeurde. Linda Kool, die zelf ook de trein bestuurde: “Het was nog even spannend, het materieel had een tijd stil gestaan. In de dagen hiervoor zijn er wel ritjes gemaakt rond Eindhoven, maar daarbij werd maar 30 km/uur gereden en het was puur een test of de technische systemen het nog deden. Gelukkig houden ze zich bij de hogere snelheden nu ook goed.”
Honderden mensen stonden verspreid langs de hele route om afscheid te nemen van Mat ´64, hier bij de IJsselcentrale bij Zwolle.
Via Sittard, Eindhoven, ’s-Hertogenbosch, Arnhem, Zutphen, Zwolle en Amersfoort ging de laatste rit naar het Utrechtse Spoorwegmuseum. Onderweg werd ook nog op een aantal kleinere stations gehalteerd. Waar het qua reizigers in Maastricht (door de werkzaamheden aan het spoor in Limburg) nog vrij rustig was, werd het gaandeweg de stops steeds drukker en sfeervoller in de treinstellen.
Ook verspreid langs de route stonden honderden mensen om onder luid getoeter van de trein afscheid te nemen. Onder de reizigers waren oud-machinisten, -conducteurs en -technici, maar ook forenzen uit de jaren ’70 die dagelijks met Mat ’64 reisden.
Speciaal voor alle liefhebbers hield Materieel ingenieur Lex van der Valk van Nedtrain een pop-up presentatie. De nu vanzelfsprekende centrale deursluiting was bij de introductie van Plan V nog een technisch hoogstandje. Ook de bestemmingsaanduiding (koersrollen) en zwenk-zwaai-deuren waren voor die tijd revolutionaire verbeteringen.
Voor huidige begrippen is Mat ´64 een zware trein, maar volgens Van der Valk was het treinstel bij levering juist de lichtste trein van Europa. Dat in tegenstelling tot de Hondekop, die juist ook voor die tijd relatief zwaar was.
De driehonderd inzittenden konden onderweg hun Mat ´64 kennis testen. Mede-initiatiefnemer en machinist Frank Scharloo en Rutger Hamelynck van NS hielden in de treinstellen een speciale quiz. Met daarbij vragen over de lengte van een Plan V (52,1 meter), het aantal assen (8), de maximaal toegestane snelheid (140 km/h) en het aantal zitplaatsen (na verbouwing) in een ‘viertje’ (Plan T; 230 stuks).
De Mat ´64-quiz met Frank Scharloo (l) en Rutger Hamelynck.
Bij de laatste kilometers drong het bij de liefhebbers door: het einde van Mat ´64 is echt in zicht. Linda Kool, die haar loopbaan was begonnen in de Mat ’64: “De Mat ’64 was de basis voor de lichting machinisten van toen. Ik zeg wel eens tegen de jongste lichting: jullie leren werken met een BMW, wij met een Volkswagen Kever."
Het nieuwste materieel heeft veel meer snufjes zoals airco, tiptoetsen en digitale displays. Toch spreekt de Mat ´64 Linda veel meer aan. "Met de Mat ’64 had je het idee dat je echt met de trein bezig was. Als je een storing had, ging je zelf na welke onderdelen het zouden kunnen zijn. Nu kijk je op een scherm en je ziet gelijk waar het mis is. Erg handig natuurlijk, maar het heeft geen charme.”
Plakbanken bij warm weer en geen airco, toch had het z´n charme.
De trein werd in Utrecht opgewacht door directeur Marten Foppen van het Spoorwegmuseum, waar één van de treinstellen (876) aan de collectie van het museum wordt toegevoegd. Op de vraag of Mat ´64 in de toekomst nog rijdend te zien zal zijn als Heimwee-express kon Foppen geen uitsluitend antwoord geven: “We hebben 80.000 objecten in onze collectie, we gaan nu kijken hoe we dit stukje moderne geschiedenis een plek in ons museum kunnen geven. Wellicht dat de Mat ’64 eerst in het depot komt te staan, en daarna kijken we verder.”
Directeur Marten Foppen van het Spoorwegmuseum krijgt de sleutel van de Mat ´64 876 overhandigd.
Binnen in het museum kreeg Foppen van de initatiefnemers een miniatuurversie van de Mat ’64 uitgereikt. Linda Kools: “Om op deze manier nog een kleine herinnering te houden aan wat Mat ’64 voor het Nederlandse spoor betekend heeft.”
Initiatiefnemers Linda Kool (l) en Frank Scharloo (midden) overhandigen een miniatuur Mat ´64 aan Spoorwegmuseumdirecteur Marten Foppen.
Plan V 876 na het einde van de rit op station Utrecht Maliebaan.