Veenman (NS): Wantrouwen zat Fyra in de weg
27 mei 2015 23:19
Wantrouwen tussen de NS en de Nederlandse overheid heeft het snelle treinvervoer over de hogesnelheidslijn HSL-Zuid jarenlang parten gespeeld. Dat stelt oud-NS-topman Aad Veenman woensdag tegenover de parlementaire enquêtecommissie Fyra.
Minister Gerrit Zalm (Financiën) vond dat de NS zijn eigen boontjes moest doppen toen de exploitatie van de lijn moeilijk bleek. NS weigerde volledige inzage in de eigen cijfers te geven en wees met een beschuldigende vinger naar het ministerie van Verkeer en Waterstaat. "We zijn er helaas niet in geslaagd de verhoudingen snel te normaliseren," erkende de voormalig NS-directeur (2002-2009) woensdag.
Volgens Veenman waren er voldoende redenen om de HSL-concessie medio 2004 via een wijzigingsprocedure aan te passen. Veenman wees erop dat de rijtijd naar België 17 minuten langer werd door politieke besluitvorming en dat NS geen rekening had gehouden met de opkomst van prijsvechters in de luchtvaart. Volgens Veenman was Peijs bereid de wijzingsprocedure in gang te zetten, mits Zalm akkoord was.
In diezelfde periode werd steeds duidelijker dat de HSA, de NS-dochter die formeel het HSL-vervoer won, in financiële problemen zou komen. Zalm ging niet akkoord met de wijzigingsprocedures. Het Ministerie van Financiën vond dat NS eerst het garantiekapitaal van 200 miljoen euro moest opmaken. Bovendien had het ministerie nog steeds geen openheid in de achterliggende cijfers van de business case van NS.
Veenman zag het sinds zijn aantreden in 2002 al als zijn taak om de verhoudingen tussen de overheid en NS te laten te normaliseren. Desondanks deed de topman geen moeite om er voor te zorgen dat Financiën de gevraagde cijfers kreeg. Volgens Veenman was dat ook niet primair zijn takenpakket.
Veenman onthulde verder dat zijn opvolger, Bert Meerstadt, voorstander was van het teruggeven van de concessie aan het ministerie van Verkeer en Waterstaat. Veenman wilde er graag uitkomen. Dat lukte uiteindelijk, toen het kabinet in 2009 aandrong op een superdividend van 1,4 miljard euro.
De oud-NS-directeur voelde er aanvankelijk weinig voor om meer risico te nemen dan de verplichte 200 miljoen euro waarmee het spoorbedrijf garant stond. Veenman vond dat niet nodig, omdat de knelpunten in zijn ogen niet door NS maar door het departement waren veroorzaakt. Uiteindelijk is er toch een akkoord gekomen en heeft NS na zeven jaar de gevraagde cijfers aan het ministerie geleverd.
(c) Treinreiziger.nl / ANP / allesispolitiek.nl